Singapore: cultuurschok

Noosh-e-Jaan

De vrouw bij het bushokje kijkt me aan alsof ik haar wil vermoorden en haar buurman verstopt zich schichtig achter zijn smartphone. Verderop lopen mensen me straal voorbij en de volgende persoon kijkt verdwaasd naar me voor hij zich uit de voeten maakt. Onthutst en een beetje beledigd staar ik voor me uit en besef langzaam welke misdaad ik begaan heb: ik heb gepraat met een vreemde. Welkom in de grote stad, Tieme.

Singapore en ik moeten even aan elkaar wennen. Ik mis in haar de brommers die tegen het verkeer in rijden, de straatventers en de rommelige huisjes. Omgekeerd vindt Singapore mij maar vreemd omdat ik niet wil shoppen in haar malls. Ze plukt me van de snelweg af omdat ik daar niet mag fietsen en klaagt dat ik stink naar kampvuur.

Na meer dan een jaar reizen door Azië komen de luxe, moderniteit en verzorgdheid van dit rijke eilandstaatje op mij over als onnodig, potsierlijk en vooral heel nep. Alles lijkt hier aan regels gebonden, het leven is vreselijk duur en iedereen heeft zoveel haast dat het lijkt of ze een marathon rennen, maar dan in pak, met streng gezicht en een smartphone aan het oor geplakt. Ik voel me niet op mijn gemak en besef dat dit nu een echte cultuurschok is. Niet vreemd ook, aangezien ik vanochtend wakker werd in mijn tentje in de Maleisische jungle.

Bijkomend van de schok verken ik de stad terwijl ik wacht op mijn visum voor Indonesië. Ik fiets tussen de wolkenkrabbers door, op zoek naar menselijkheid in deze wereld van glas en beton. Uiteindelijk vind ik Azië terug in de kleine straatjes van Little India, waar keiharde Bombaybeats over straat dreunen en kleurrijke curry’s uitgestald liggen achter glas. Ik loop langs rommelwinkeltjes die Krishnabeeldjes, wasmiddel en cassettebandjes verkopen en maak zelfs een praatje met een vreemde.

Op advies van een andere reiziger ga ik eten bij een boeddhistische tempel waar je kunt betalen met een kleine donatie. Hier staat 24 uur per dag een groot buffet klaar voor iedereen, ongeacht nationaliteit, huidskleur of religie. In de gaarkeuken zitten wel twintig vrijwilligers op lage krukjes groenten te snijden om deze in enorme pannen om te toveren tot soep, rijstgerechten en stoofpotten. Mijn favoriet is buddha’s delight, ofwel de vreugde van boeddha, een traditioneel gerecht met paddenstoelen, tofu en bamboescheuten dat veel wordt gegeten rond het Chinese nieuwjaar.

De sfeer in de tempel is ingetogen en warm. Ik voel me welkom en iedereen kijkt vriendelijk, een groot verschil met de haastige en afstandelijke buitenwereld. Na het eten was ik mijn eigen bord af en nestel me buiten de tempel naast twee taxichauffeurs op een platform voor een middagdutje. Dit is mijn eilandje van rust in deze voor mij wat onwennige stad. Morgen vertrekt de boot naar Sumatra.

Buddha’s delight

Volgens de strikte regels van het boeddhistische vegetarisme bevat dit gerecht geen ‘stimulerende’ ui, knoflook of andere leden van de lookfamilie.

Ingrediënten voor 4 personen

40 g gedroogde bospaddenstoelen of shiitake|4 el kookolie|400 g stevige tofu, in blokjes van 2 cm|40 g glasmie/glasnoedels|2 cm gember, fijngehakt|1 kleine wortel, in reepjes|80 g verse (bos)paddenstoelen, in kwarten gesneden|100 g babymais|100 g peultjes en/of bamboescheuten, in stukken van 2 cm|2 el donkere sojasaus|2 el lichte sojasaus|1 tl sesamolie|1 tl suiker|200 g Chinese kool, in dunne reepjes|200 g paksoi, in stukken van 2 cm|2 handjes taugé|4 el geroosterde pinda’s|

  1. Laat de gedroogde paddenstoelen wellen in water, het liefst een halve dag, maar minstens 1 uur. Schenk het vocht vervolgens door een fijne zeef over in een andere kom en zet apart.
  2. Spoel de paddenstoelen goed schoon onder de kraan, verwijder de stelen en snijd ze in vieren.
  3. Verwarm 2 eetlepels olie in een koekenpan, bak de tofublokjes op middelhoog vuur tot alle kanten goudbruin zijn en zet apart.
  4. Wel de glasmie 5 min. in warm water, giet af en zet apart.
  5. Verwarm 2 eetlepels olie in een wok en roerbak de gember en wortel 3 min. op middelhoog vuur. Voeg dan de paddenstoelen toe en bak 2 min. mee.
  6. Voeg vervolgens de tofu, babymais, peultjes en/of bamboescheuten toe. Roerbak 2 min. voorzichtig door zonder de tofu te beschadigen en voeg dan lichte en donkere sojasaus, sesamolie en suiker toe.
  7. Voeg nu 200 ml paddenstoelvocht en/of groentebouillon toe en breng aan de kook.
  8. Voeg de Chinese kool, paksoi en taugé toe en laat het geheel 3 min. afgedekt koken.
  9. Voeg de noedels toe en roer goed door tot deze het grootste deel van de saus hebben opgenomen.
  10. Bestrooi met geroosterde pinda’s en serveer met witte rijst.