Eigen werk
De Oude Ambachtsschool, Café Pierik en de bowlingbaan waar ik menig kinderfeestje heb gehad. Zwolle heeft weinig raadsels voor me. Zet me op een willekeurige plek neer en ik ken de weg. De gebouwen zijn vertrouwd, de straatnamen zijn vertrouwd en je komt altijd wel iemand tegen die je kent. Mijn stadje. Maar vandaag is het anders. Ik fiets voor het laatst door mijn stad, langs haar gebouwen en straten. Vandaag ben ik begonnen aan een wereldreis. Alleen en helemaal naar Bali. Een reis die me in twee en een half jaar tijd langs 30.000 kilometer, 30 landen en door duizenden plaatsen voert.
Uitgezwaaid door de mensen van wie ik hou, wist ik dat het begin ontzettend zwaar zou worden. Na een aantal ongelooflijk hectische weken ineens wennen aan de stilte en rust is alleen al erg heftig, Daarnaast is er het gemis, het wennen aan het ritme, het gepruts met de bagage, het kookstel, navigatie en het fietsen zelf.
Zodoende fiets ik verbeten Zwolle uit via de Vechtdalroute die me binnen twee dagen Duitsland in zal loodsen. De eerste stretch is nog relatief bekend terrein. Dalfsen, waar ik tijdens een les op de middelbare school stiekem naar toe ben gefietst met vrienden en Ommen, waar ik ooit gekampeerd heb met mijn ouders. Daarna wordt het minder bekend. Bovendien verlies ik de route ook nog eens uit het oog en beland ik bij de Regge in de buurt van Lemele, waar ik direct een bever zie zwemmen. Het is nog niet zo laat, maar ik besluit toch mijn eerste bivak hier op te zetten om de tijd te nemen alles goed uit te testen. De tent opzetten, het kookstel testen en proberen alles een beetje logisch te doen. De tent gaat prima en het kookstel na een paar frustraties ook. Omdat het zondag is, heb ik niet veel te eten bij me dus bestaat mijn eerste maaltijd uit het twijfelachtige hoogstandje van pasta met pindakaas en knoflook. Ik probeer mijn ogen te sluiten en te denken dat het bami met satésaus is.
Na het eten slaat de vermoeidheid toe en kruip ik mijn nieuwe mummyslaapzak in voor mijn eerste nacht. De stilte is confronterend en ik voel dat ik op de proef word gesteld. ‘Is dit nou echt die droom van je?’, ‘Heb je nou echt besloten om 30 maanden alleen te zijn?’ Ik val worstelend maar uitgeput in slaap.
Dag twee begint om 05.00 en even later zit ik weer in het zadel. Het doet me deugd om na een tijdje weer op de goede weg te zitten en kan ik rustig wennen aan het fietsen en hoef ik me niet druk te maken over de route. Deze brengt me langs prachtige dorpjes, door bossen en langs de Vecht door het oer-Hollandse cultuurlandschap steeds dichter richting de Duitse grens. Ik breng de nacht door in de achtertuin van een microbrouwerij in het karakteristieke Gramsbergen, waar ik na een heerlijk glas witbier en een betere pasta dan de dag ervoor de laatste nacht op eigen bodem ga doorbrengen.
Dag Nederland! Na een uur fiets ik Duitsland binnen. Land twee van de dertig die nog komen gaan. Het afscheid voelt vreemd, ik ben nog zo dicht bij huis, maar tegelijkertijd al zo ontzettend ver weg! Duitsland behandelt me goed, na een paar uur stop ik bij een bordje ‘Speiskartoffeln’. Ik loop naar binnen en vraag om een handje piepers. De man beantwoordt mijn verzoek in vrij goed Nederlands, wat hier in de grensstreek ook veel gesproken wordt. ‘Ga maar lekker eten’, lacht de oude boer vriendelijk en geeft me een flink zakje aardappelen voor niks mee.
Vanaf een veldje bij Nordhorn, met de grens nog op een steenworp afstand kijk ik nog een keer achterom. Nu gaat het echt gebeuren..