De Betere Wereld
Zuchtend en steunend beklim ik met mijn volgepakte fiets de steile heuvels van wat de locals grappend de Holländische Alpen noemen. Ik bevind me in het heuvelland van Nordrhein-Westfalen tussen Nordhorn en Osnabrück en vervloek elke extra kilo die ik heb meegesleept. Als ik bijna op de top ben en mezelf kan belonen met een weids uitzicht over de groene vallei, valt mijn toegeknepen oog op een bordje waarop staat: Bioland.
Er loopt een weggetje naar beneden, en zonder er echt over na te denken stort ik mijn fiets een twintigtal meter naar beneden. Het is nu al de moeite waard. Ik rol vanzelf het erf op en geniet van het niet hoeven trappen. Ik ben echt kapot na mijn eerste serieuze beklimming tijdens deze reis. Op het bedrijf lijkt alles erg stil, en afwachtend zet ik mijn fiets pontificaal midden op het erf. Dan moet iemand me toch zien. Na enkele minuten zie ik beweging bij de voordeur en een oude man schuifelt naar buiten met een groot vraagteken boven zijn hoofd. Nog geen vijf minuten later zit ik met een glas vers biologisch appelsap te genieten van het uitzicht en vertelt de oude heer Nyer me over een bijzondere schapenhouderij die hij runt met zoon en kleinzoon. De schapen van de familie zijn de celebrities van het dal, kom ik achter. Boeren staan bij wijze van spreken in de rij om gebruik te maken van de grasmaaiende diensten die de 200 dieren van de familie leveren. Volgens de oude eigenaar staan de schapen erom bekend dat waar ze ook grazen, het land er een stuk beter van wordt en er bloemen verschijnen die ongebruikelijk zijn voor deze hoogte.
Kleinzoon Jan leidt me na nog zo’n heerlijk koud glas sap rond over het erf. ‘De meeste schapen zijn niet thuis’, legt hij uit, ‘ze bivakkeren het grootste deel van de tijd op het land van andere boeren´. Het grootste werk voor de familie is het heen en weer zeulen van al hun pupillen. Toch is er een kleine groep lammetjes en een paar moeders over op eigen bodem. Wanneer wij gaan kijken, samen met bordercollie Jessie, hobbelt het groepje schapen verstoord de andere kant op. Dan klinkt er een luid gemekker vanuit de hoek van het veld. In de chaos van het weghobbelen raakte een lammetje verstrikt in het schrikdraad. Jan sprint naar de knop van de stroomvoorziening en bevrijd het kleintje eerst uit zijn benarde positie. Het beestje staat nog wat na te beven en besluit voor de zekerheid maar over te gaan op een heilloze vluchtpoging. Als Jan en Jessie het lam eindelijk te pakken hebben, wordt het snel teruggezet bij de familie, die wat onnozel aan het toeschouwen was.
Weer een ervaring rijker spreek ik met vader Jörg die zojuist aan kwam rijden. Hij vertelt dat de Nyers in dit gebied de eersten waren die de stap hebben gezet naar biologisch en gezien het succes van de schapen, lijken ze een trend gezet te hebben. ‘Hoewel’, zegt Jörg, ‘de akkerbouwers uit deze omgeving krijgen van biogasbedrijven zo’n buitensporig hoge prijs voor hun koolzaad dat de groei wel flink wordt geremd. Toch staat Duitsland wat biologisch eten betreft stevig op de kaart en is het bijzonder goed geïntegreerd in het dagelijks leven. Zelfs mensen die niet uit overtuiging biologisch eten, kiezen vaak voor de smaak van de aardappelen en zuivel voor biologisch vertelt de oude boer me. Hij is zichtbaar trots op zijn bedrijf en vertelt honderduit over de bijzondere bloemsoorten die groeien op plaatsen waar hun schapen gegraasd hebben. ‘Ik wil graag wat terug doen voor de omgeving’, zegt hij, ‘we leven hier middenin het Teutoburger Wald en ik wil dat mijn achterkleinkinderen ook nog kunnen genieten van de schoonheid waarin ik ben opgegroeid.’ Kleinzoon Jan gaat het bedrijf overnemen en is vastbesloten op eigentijdse wijze het bedrijf voort te zetten. De combinatie van overtuiging en boerenverstand raakt me en ik ben ervan overtuigd dat dit soort bedrijven toekomst hebben. In elk geval zullen de schapen van de familie Nyer nog lang het dal intrekken om te doen waar ze goed in zijn. Gras eten.
Ik wordt hartelijk uitgezwaaid door de hele familie en trap het laatste stuk de berg op met nieuwe energie. Via een binnendoorweg kom ik vrij snel op een weg die bergaf gaat, en de beloning voor mijn gezwoeg is de 50 kilometer per uur naar beneden. En natuurlijk de ontmoeting met mijn eerste bioboeren tijdens deze reis. Op naar het oosten!